Betogers zijn zaterdag in Bahrein de straat opgegaan om te herdenken dat het vier jaar geleden is dat in het land massale protesten uitbraken. Ze staken bij een belangrijke snelweg banden in brand. Eerder deze week hadden de autoriteiten al gewaarschuwd ‘weg te blijven van activiteiten die een negatieve invloed op de veiligheid of de openbare orde hebben’.
De demonstraties van zaterdag waren een stuk minder massaal dan vier jaar geleden. Activisten van de oppositie mogen niet in grote groepen bijeenkomen. Veiligheidstroepen hebben controleposten opgericht en zetten traangas in een poging te voorkomen dat de betogers snelwegen kunnen blokkeren.
Vier jaar geleden gingen, net als in andere Arabische landen, in Bahrein betogers de straat op om hervormingen te eisen. De sjiitische meerderheid in het land eiste meer rechten in de door soennieten gedomineerde politiek. De autoriteiten drukten de protesten binnen enkele weken de kop in, met hulp van veiligheidstroepen uit Saudi-Arabië en de Emiraten. Gesprekken tussen de regering en de oppositie leidden tot niets.
Het Parelplein, het brandpunt van de protesten in de Bahreinse hoofdstad Manamah, werd met bulldozers aangepakt en is nog altijd afgesloten. Sinds het uitbreken van de Arabische Lente bewapenen in sjiitische delen van Manamah jongeren zich met stenen en brandbommen. Ze leveren herhaaldelijk slag met de politie. Een groot aantal activisten is opgepakt of gevlucht.
Veel inwoners van Bahrein raken steeds meer gedesillusioneerd. “Jonge mensen verdienen een andere oplossing voor de politieke crisis in Bahrein”, aldus docent Najeeba Sayed Fadhel. “Mijn stem wordt nog altijd niet gehoord en ik heb geen rechten.”