Internationale mijnenbestrijders vinden elkaar in de Arabische Golf

24 mei 2013, 15.08 uur

Een marinemilitair stapt uit een FRISC-vaartuig. Foto: Ministerie van DefensieWat te doen als de toegang tot een zeehaven wordt geboycot of een zelfmoordenaar in een bootje met explosieven razendsnel op jouw schip afvaart? De afgelopen 2 weken bestreden 26 marinemensen zogenoemde asymmetrische

bedreigingen op en rond het water, met de nadruk op mijnenbestrijding. Ze deden dit samen met 6500 deelnemers uit 35 landen tijdens de International Mine Countermeasures Exercise (IMCMEX) vanuit Bahrein.

Bedreigingen op en rond het water

Het hoofddoel tijdens deze grootste oefening in z’n soort, was het gezamenlijk leren optreden tegen onderwaterexplosieven, zoals mijnen. Het oefenen gebeurde aan de hand van scenario’s rond mijnenbestrijding, maritieme veiligheidsoperaties en bescherming van maritieme infrastructuur, zoals

havens en olieplatforms. IMCMEX bereidt de Nederlandse militairen tegelijkertijd voor op expeditionair optreden rondom het Arabisch Schiereiland.

De landen kregen elk een specifieke rol toebedeeld. Zo voerden de Nederlanders met hun Remus onderwaterrobot onderwaterverkenningen uit in het oefengebied, de Arabische Golf, waaronder de haven van Bahrein. Ze werkten hierbij nauw samen met een Belgisch team en met eenheden uit de Verenigde

Staten, Groot-Brittannie, Singapore, Japan en gastland Bahrein.

Twee hulpverleners overleggen met militairen over hoe te handelen in geval van een ongeluk. Foto: Ministerie van Defensie

Naast het zoeken en ruimen van oefenmijnen werd het afhandelen van een duikongeval beoefend. Dit gebeurde door een internationaal samengesteld team dat zo de procedures afstemde. Een belangrijke oefening, aangezien ook tijdens oefeningen ongelukken kunnen gebeuren.

Grootste in z’n soort

Het marineaandeel bestond uit een gecombineerd Nederlands – Belgisch team. In totaal waren er 36 militairen bij betrokken, waarvan 8 uit Belgie. Ook een team van mariniers met een snelle motorboot, de FRISC (Fast Raiding Interception and Special Forces Craft) maakte deel uit van dit team.

Verder hoorden 8 militairen bij de oefenstaf die was geaccommodeerd aan boord HMS Cardigan Bay. Een Belgische marineoverste bekleedde een command-functie binnen de Amerikaans geleide staf en was hij verantwoordelijk voor de activiteiten onder water.

Uitschakelen

Luitenant-ter-zee der 2e klasse oudste categorie Peter Schilt trad op als officier, belast met leiding van de duikteams die opereerden vanuit de haven van Bahrein.

Dankzij de FRISC konden zijn mijn- en maritieme IED-bestrijdingsteams, `over the horizon’ opereren. Schilt: “Dat betekent dat ze buiten het zicht van de uitvalsbasis opereren, tot zo’n 40 mijl. De FRISC beschikt over voldoende communicatie- en (verdedigings)middelen om enige tijd zelfredzaam

te zijn.” Deze teams leveren zo een belangrijke bijdrage aan het veilig maken en houden van aanvaarroutes en havens.

Bomchecks en ruimingen

Twee militairen halen een oefenmijn aan boord. Foto: Ministerie van Defensie

Daarnaast werden de teams ingezet voor preventieve bomchecks in de haven en het onklaar maken van bommen op en onder olieplatforms en andere installaties. De duikers hadden naast de Remus, handbediende sonarapparatuur, de beschikking over onder meer een hefballon voor het verplaatsen van

mijnen naar een veilige ruimingsplek.